Zo moesten de kinderen leren om over te gooien met grote ballen sneeuw (voorgesteld door een witte bal). Ze moesten met hun team zo vaak mogelijk over ene muur heen gooien wat niet elk team even goed afging.

Ook konden de kinderen leven als een Eskimo. Ze moesten veel kleding aantrekken en met wanten aan een boterham smeren.

Omdat het vaak moeilijk is voor Eskimo’s om over het gladde ijs te lopen moesten de kinderen dit ook voelen. Door om een stok te draaien werden ze duizelig en daarna moesten ze in een rechte lijn lopen.

Eigenlijk zouden de kinderen op ski’s een parcours afleggen maar helaas gingen de ski’s bij de eerste poging al kapot en moesten de kinderen vervolgens maar een ijsberenloop doen.

De Yeti’s vielen de kinderen aan! Daarom moesten ze omver gebowld worden met sjoelstenen. Yetiplaatjes met verschillende punten waren boven de sjoelbak geplakt en elke steen in een bakje leverde punten op voor het groepje.

Om goed geoefend te zijn voor een eventueel sneeuwballengevecht moesten de kinderen ook met sneeuwballen (verfrommelde velletjes papier) in ringen gooien voor punten.

Voor je het weet breek het ijs onder je iglo door en moet je van ijsschots naar ijsschots springen. Daarom moesten de kinderen dit ook oefenen. De kinderen mochten alleen op de plankjes die ijsbrokken voorstelden lopen naar de veilige overkant.

Natuurlijk komt er ook kracht kijken bij sneeuwballen gooien. De kinderen moesten hun armspieren dan ook trainen met blikgooien.

Helaas konden niet alle groepen alle spellen doen vanwege een grote regenbui. Daarom werd de middag binnen voortgezet met onder andere de spellen “Op de oever”, “Weerwolven” en potjes schaak.

De scores van “Pret op de Pool”: